Besluit  Gemeenteraad

Feiten, context en argumentatie

Overtredingen van het gasreglement worden veelvuldig gepleegd met behulp van een wagen. Voor de identificatie van de dader wordt dan eerst gebruik gemaakt van de nummerplaat (via gegevens D.I.V.) van de wagen.

Echter : de identiteit van de houder van de nummerplaat verschilt nogal eens van de pleger van de feiten.

In het huidig GAS-reglement is de houder van de nummerplaat niet verplicht de identiteit van de eventuele pleger mede te delen. Die plicht bestaat wel inzake verkeersinbreuken op de verkeerswetgeving.

Identificatie dader wordt wel telkens gevraagd aan de politiediensten, maar lang niet alle overtreders van het GAS-reglement worden geïdentificeerd, waarna een seponering zich opdringt (op die manier doen we finaal niets aan de overlast). Om het lokaal interventieteam niet onnodig te belasten met tal van identificaties kan het GAS-reglement worden bijgestuurd in elke gemeente van de politiezone Polder, waarbij voortaan de eigenaar van de wagen “officieel” aangesproken kan worden teneinde de identiteit van de pleger van de feiten te achterhalen. Op die manier kunnen we dan naderhand de effectieve dader aanspreken voor de feiten.

Om hieraan tegemoet te komen wordt een TITEL VII: IDENTIFICATIE VIA NUMMERPLATEN met artikel 58 bis toegevoegd:

Art. 58 bis – Meldingsplicht identiteit

§1. Wanneer een overtreding van deze verordening is begaan met een motorvoertuig, ingeschreven op naam van een natuurlijke persoon, en de bestuurder bij de vaststelling van de overtreding niet geïdentificeerd werd, wordt vermoed dat deze is begaan door de titularis van de nummerplaat van het voertuig. Het vermoeden van schuld kan worden weerlegd met elk middel.

§2. Wanneer een overtreding van deze verordening is begaan met een motorvoertuig, ingeschreven op naam van een rechtspersoon, zijn de natuurlijke personen die de rechtspersoon in rechte vertegenwoordigen ertoe gehouden de identiteit van de bestuurder op het ogenblik van de feiten mee te delen of, indien zij die niet kennen, de identiteit van de persoon die het voertuig onder zich heeft. De mededeling moet gebeuren binnen een termijn van 15 dagen te rekenen vanaf de datum waarop de vraag om inlichtingen werd verstuurd. Indien de persoon die het voertuig onder zich heeft niet de bestuurder was op het ogenblik van de feiten moet hij eveneens, op de wijze hierboven vermeld, de identiteit van de bestuurder meedelen. De natuurlijke personen die de rechtspersoon in rechte vertegenwoordigen als titularis van de nummerplaat of als houder van het voertuig, zijn ertoe gehouden de nodige maatregelen te nemen om aan deze verplichting te voldoen. Zij die overeenkomstig artikel 1384 van het Burgerlijk wetboek burgerrechtelijk aansprakelijk zijn voor de vergoeding en kosten, zijn insgelijks aansprakelijk voor de geldboete.

Relevante documenten

Huidig politiereglement op de gemeentelijke administratieve sancties, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 09.11.2015.

Gecoördineerd politiereglement op de gemeentelijke administratieve sancties. 

Juridische grond - regelgeving

• de wet van 29/07/1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen
• de wet van 07/05/2004 en de wet van 19/07/2013 in het bijzonder artikel 36 tot wijziging van de wet van 08/04/1965 betreffende de jeugdbescherming en latere wijzigingen
• de wet van 17/06/2004 tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet
• de wet van 20/07/2005 houdende diverse bepalingen in het bijzonder de artikels 21-22 op de gemeentelijke administratieve sancties
• de wet van 25/04/2007 houdende diverse bepalingen, specifiek met betrekking tot artikel 1716 van het Burgerlijk Wetboek in het bijzonder de artikels 97- 103 met betrekking tot de huurcontracten
• de wet van 24/06/2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties en latere wijzigingen
• het bestuursdecreet van 07/12/2018
• het decreet Algemeen Milieubeleid (DABM) van 05/04/1995, artikel 16.6.3 §1 en §2
• het decreet van 21/12/2007 tot aanvulling van het decreet van 05/04/1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid met een titel XVI toezicht, handhaving en veiligheidsmaatregelen en latere wijzigingen
• het koninklijk besluit van 17/03/2005 tot vaststelling van de inwerkingtreding van de wet van 17/06/2004 tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet
• het koninklijk besluit van 21/12/2013 tot vaststelling van de nadere voorwaarden en het model van het protocolakkoord in uitvoering van artikel 23 van de wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties
• de Omzendbrief OOP 30bis van 03/01/2005 aangaande de uitvoering van de wetten van 13/05/1999 tot invoering van gemeentelijke administratieve sancties, van 07/05/2004 tot wijziging van de wet van 08/04/1965 betreffende de jeugdbescherming en de Nieuwe Gemeentewet en van 17/05/2004 tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet in het bijzonder hoofdstuk III Nieuwe politiemaatregelen voor de burgemeester
• de ministeriële omzendbrief van 22/07/2014 houdende de nieuwe regelgeving aangaande de gemeentelijke administratieve sancties
• het vigerend algemeen reglement op de gemeentelijke administratieve sancties.